Negen experts zaten in december rond de tafel bij AE+ Engineering om in te haken op tendensen in technieken. “We staan voor grote uitdagingen om tegen 2050 een netto-nuluitstoot te bereiken in de bouwsector.”
Wim Diliën, zaakvoerder van AE+ Engineering: “Ik ben ervan overtuigd dat ESCO’s in de komende jaren doorbreken. Een Energy Service Company levert integrale energieoplossingen en maakt deze betaalbaar. Doordat de energie collectief wordt opgewekt, kunnen de systemen groter en rendabeler worden. De kosten van zo’n installatie worden immers verdeeld over een groot aantal afnemers. Consumenten krijgen daardoor een rendabelere installatie, die over het algemeen minder verbruikt en toch meer comfort biedt.”
Rudy Gielen, manager corporate sales bij Mitsubishi Electric Belgium: “Zeker in appartementsbouw kan je in een conflictzone komen als er discussies ontstaan over de ligging van de zonnepanelen. Iedereen wil panelen aan de zuidkant, niemand in de schaduw van een airco-installatie.”
Bas van de Kreeke, CEO van Soltech: “In dat geval moet je aan energiedeling denken. Je zou de opgewekte energie kunnen samenbrengen en daarvoor is een ESCO een ideaal model.”
Wim Diliën: “Bovendien kan een collectief van zonnepanelen gemakkelijker worden gebruikt om in te spelen op schommelende elektriciteitsprijzen. Omdat we met grotere buffers kunnen werken, kunnen deze overdag worden bijgeladen en kan de opgeslagen warmte ’s avonds bij vraag worden afgegeven. Op deze manier kan men maximaal gebruikmaken van de energie van de zonnepanelen en verbruikspieken afvlakken.”
Wim Tops, business unit manager bij Jansen Energy Solutions: “Kijk naar scholen. Zij leggen daken vol zonnepanelen en hebben in de zomer veel opbrengst, die ze in deze periode niet kunnen benutten. Ze hebben er baat bij om die opgewekte energie op te slaan en bijvoorbeeld in het najaar te gebruiken.”
Joachim Raes, business developer HVAC & cooling bij Cooltech: “In kantoorgebouwen wordt de sturing vaak niet optimaal benut in functie van zonnepanelen en het verbruik. Daar houdt men eerder rekening met onder andere thermische buffering.”
Rudy Gielen: “Als warmtepompfabrikant worden wij tegenwoordig vaak geconsulteerd door start-ups en bestaande bedrijven. Flexibiliteit wordt in de volgende jaren alsmaar belangrijker. Devices zoals een laadpaal en een warmtepomp kan je makkelijk aan- en uitschakelen, dus die gaan een cruciale rol spelen, ook in ESCO’s.”
Rob Brands, bestuurder van Erro Heating: “Geothermische warmtepompen zijn de primus onder de warmtepompen. Ze halen het hoogste rendement en zorgen er samen met zonnepanelen voor dat een gebouw volledig onafhankelijk energieneutraal kan verwarmen en voorzien in warm water. Ook lucht-water warmtepompen zijn ontworpen met het oog op duurzaamheid en efficiency. Daarnaast is de warmtepompboiler in opmars. Die verwarmt – op een energiezuinige en milieuvriendelijke manier – sanitair water met warmte uit de lucht en is drie tot vier keer zuiniger dan een gewone elektrische boiler.”
Peter Driesen, consultant bij EL Systems: “Echter, geen enkele installatie is klaar om een bestaande installatie om te bouwen. Wij zijn er wel mee bezig op het vlak van KNX. We halen informatie uit de slimme meter, hebben een koppeling met laadpalen, maken gebruik van de kilowattuurmeter van zonnepanelen.”
Joachim Raes: “HVAC in de bouw is zodanig breed geworden en omvat zo veel producten en dus betrokken partijen, dat het moeilijk is om alles geïntegreerd te krijgen.”
Dave Palmers, sales manager bij Daikin Belux: “Heel wat start-ups zijn daarmee bezig, waardoor er stilaan een draagvlak wordt gecreëerd. Maar het duurt nog jaren voor dat op punt staat.”
Wim Diliën: “Volgens AE+ Engineering ligt de toekomst in de bouw bij Building Information Modeling, kortweg BIM genoemd. Bij een BIM-dossier worden niet alleen de leidingen of muren op een plan getekend, maar wordt er ook extra informatie aan deze leidingen of muren toegevoegd. Op deze manier bevat een in 3D getekend plan een schat aan informatie, wat niet alleen tijdwinst oplevert in het bouwproces, maar ook bij het onderhoud en zelfs achteraf bij de ontmanteling van het gebouw. Zo wordt er zowel naar de bouwfase als naar de gebruiksfase gekeken.”
Michael Antunes van Velph: “BIM staat naar mijn ervaring bij ons nog in zijn kinderschoenen. Velen willen wel, maar er zijn weinigen die het kunnen. In Nederland staan ze al veel verder.”
Rudy Gielen: “Heel de keten moet mee zijn in het BIM-verhaal. Het BIM-model gaat van boven naar beneden, tot en met de installateur die de plannen moet kunnen lezen en uitvoeren.”
Joachim Raes: “Virtueel opleveren voor je begint te bouwen, klinkt mij als vuurwerk in de oren. Eerst wordt altijd de bouw gegund en dan de technieken. Maar hoe kunnen we als installateur plannen uitvoerend maken als de bouw al gestart is?”
Bas van de Kreeke: “Ook voor Soltech is BIM een uitdaging. Onze geïntegreerde zonnepanelen in de gevel van een gebouw zijn bouwkundige elementen die stroom opwekken. Horen ze dan thuis in het techniekendossier of juist niet?”
Rudy Gielen: “Eigenlijk kom je daar op het terrein waar de gevelbouwer en de elektricien moeten samenwerken.”
Bas van de Kreeke: “In België laten we onze panelen altijd installeren door een gevelbouwer, maar het is steeds nodig dat op de werf een van onze ingenieurs daarbij assisteert.”
Wim Diliën: “We staan voor grote uitdagingen om tegen 2050 een netto-nuluitstoot en dus klimaatneutraliteit te bereiken in de bouwsector. Het is belangrijk dat alle bouwpartners samenwerken, want alleen kom je er absoluut niet. Het zal een enorme uitdaging zijn om gezamenlijk naar nieuwe oplossingen te zoeken.”
Bas van de Kreeke: “Tegenwoordig spreken we bij Soltech niet meer over euro per wattpiek, maar over euro per vierkante meter. Onze geïntegreerde zonnepanelen zijn aan het uitgroeien tot een echt bouwproduct, dat in de toekomst niet meer weg te denken is.”
Rudy Gielen: “Het is zaak te optimaliseren en efficiënter te werken. Modulaire concepten kunnen, zeker met behulp van BIM, ervoor zorgen dat bouwen uiteindelijk betaalbaar blijft. Zowel voor particulieren als voor bedrijven.”
Wim Tops: “Er bestaan al tal van technieken en middelen zoals BIM, maar ik merk dat veel mensen in de bouw nog naast elkaar lopen. Nochtans is er veel kennis en wil om te tenderen naar uniformiteit en te komen tot één gebouwbeheersysteem.”
Peter Driesen: “We staan nog niet waar we moeten staan met de intelligente meter. Volgens mij is deze meter eerder een extra belastingheffing dan een instrument waarmee je in bestaande gebouwen het energieverbruik onder controle kunt houden.”
Dave Palmers: “De nieuwe technologie moeten we allemaal omarmen. Veel jonge bedrijven zijn er al in thuis, maar de dinosaurussen in de HVAC-sector zijn niet mee geëvolueerd in een snel werkend systeem.”
Joachim Raes: “Ook de manier van aanbesteding zie ik als een uitdaging. Ik heb het gevoel dat de verhouding tussen bouwheer, studiebureau, architect en installateur aan het veranderen is. Het allerbelangrijkste is vertrouwen hebben in elkaar. De bouw staat of valt met het vertrouwen in andere partijen.”
Michael Antunes: “Virtueel bouwen is de weg die we willen inslaan. Ik denk dat dit heel veel voordelen oplevert, ook achteraf. Belangrijk is dat we in het bouwproces allemaal één en dezelfde taal spreken. Open communicatie, daar draait het om.”